Niet veel mensen weten dat de eerste Nederlandse school voor speciaal onderwijs in 1855 werd opgericht in Den Haag, in een rijtjeswoning aan de Zuidwal. In 1856 kreeg de school onderdak in een groot pand aan het Haagse Hoge Westeinde (later Riviervismarkt).

Met een speciale tentoonstelling laat het Haags Gemeentearchief zien hoe verschillen tussen kinderen in de negentiende eeuw aanleiding vormden voor de oprichting van de Haagse ‘Idiotenschool’. De expositie is van 16 oktober tot 16 december gratis te bekijken in het Atrium van het stadhuis aan het Spui.

In de 19e eeuw groeide de aandacht voor het kind als individu. Het woord ‘idiotisme’ - afkomstig van het Griekse ‘idios’ dat ‘eigen’ betekent - had destijds nog niet de negatieve lading die het woord ‘idioot’ nu heeft. De school startte in 1855 met een kleine groep kinderen met uiteenlopende problemen. Deze speciale kinderen werden in het midden van de negentiende eeuw niet zomaar herkend. In Den Haag bekommerde dominee Van Koetsveld zich om de vaak erbarmelijke leef- en werkomstandigheden van ‘minderbedeelden’ en ook om het welzijn van hun kinderen. Overigens gingen er later ook kinderen uit hogere sociale milieus  naar de school.

Toen de school in 1921 ter ziele ging had Nederland overal scholen voor speciaal onderwijs. De toename van het aantal kinderen in het speciaal onderwijs zet zich tot op de dag van vandaag voort, ondanks alle pogingen tot meer inclusief onderwijs voor speciale kinderen.